Wat is de zin van het leven?

Hoewel rijkdom belangrijk kan zijn voor ons geluk, geloof ik niet dat dit het allerbelangrijkste is. Rijkdom alleen biedt ons geen diepe, innerlijke voldoening. We weten allemaal hoe overvloed vaak gepaard gaat met ontevredenheid. Ik geloof ook dat goede metgezellen van ondergeschikt belang zijn. Hoewel een echtgenoot tijdelijk troost kan bieden tegen de pijnen van het leven, denk ik niet dat familie en vrienden uiteindelijk het waarachtige, innerlijke geluk kunnen bieden waarnaar we op zoek zijn. Geliefden brengen vaak meer angst in ons leven, terwijl een rustige en vredige geest leidt tot diepgaand geluk, dat zelfs onze fysieke staat kan beïnvloeden.

Een intelligente geest met een zekere mate van kalmte en mededogen heeft het vermogen om te worden ontwikkeld tot een waarachtige vreedzame geest, één die ons en de mensen om ons heen geluk brengt. Hoe kunnen we een rustige, vredige geest tot stand brengen?

Bedwelmende middelen zijn niet het antwoord. Misschien denken we dat argeloze dieren de oplossing hebben, maar hun mentale toestand is beperkt en kan niet verder worden ontwikkeld.

Ik beschouw mededogen als een geestelijke kwaliteit die ons waarachtige, blijvende, innerlijke vrede en innerlijke kracht kan brengen, We ontwikkelen die door onze intelligentie te gebruiken om onze emoties te transformeren. We verminderen onze door egoïsme opgewekte destructieve gevoelens en vergroten onze onbaatzuchtige, constructieve gevoelens, waarmee we geluk in onszelf en anderen tot stand brengen.

We komen ter wereld met een aangeboren potentieel voor mededogen dat van wezenlijk belang is voor ons voortbestaan. Hoewel emoties als angst en haat ook van groot belang kunnen zijn voor onze overleving, is ons complexe bewustzijn gemakkelijk te beïnvloeden door het valse zelfvertrouwen dat woede in ons teweeg kan brengen. We verwaarlozen onze meer positieve emoties en zien ons gevoel van respect voor anderen, onze burgerplichten, of onze wens te delen in de problemen van anderen, over het hoofd. Met dergelijke onware gevoelens van onafhankelijkheid hebben we het gevoel dat we anderen niet nodig hebben. Dit opgeblazen zelfbesef voert ons weg van de innerlijke vrede en het innerlijke geluk waarnaar we op zoek zijn en beïnvloedt degenen om ons heen op een soortgelijke negatieve manier.