De juiste wolf voeden
Ieder mens heeft de mogelijkheid om zich te bevrijden van oude gewoonten, om de ander lief te hebben en zorgzaam te zijn. In aanleg kunnen wij wakker en bewust leven. Maar zoals je misschien hebt gemerkt, hebben wij een sterke neiging om slapend door het leven te gaan. Het voelt alsof we voortdurend op een kruispunt staan en moeten kiezen welke kant we op gaan. Ieder moment kunnen we kiezen voor toenemende helderheid en geluk, of voor verwarring en pijn.
Om ons te bekwamen in het maken van deze keuzes, wenden velen van ons zich tot een bepaalde vorm van spirituele beoefening, in de hoop dat dit ons leven verlicht en wij de kracht vinden om met moeilijkheden om te gaan. In deze tijd lijkt het echter van groot belang dat wij bij de keuzes die we maken over onze manier van leven ook een breder perspectief voor ogen houden, namelijk onze geliefde aarde en de tamelijk zorgelijke staat waarin zij verkeert.
Voor veel mensen staat spirituele beoefening voor een manier om tot ontspanning en gemoedsrust te komen. We zoeken rust en eenduidigheid, en wie kan ons dat kwalijk nemen gezien onze hectische, gestreste manier van leven? Toch is het vandaag de dag onze verantwoordelijkheid om verder te kijken. Als spirituele beoefening ontspant en gemoedsrust brengt is dat geweldig, maar helpt deze persoonlijke voldoening ons om ons te richten op wat er in de wereld gaande is? De belangrijkste vraag is: draagt onze manier van leven bij aan de toenemende agressie en ik-gerichtheid, of voegen wij iets van gezond verstand toe, wat in onze tijd broodnodig is?
Velen van ons zijn uiterst bezorgd over de situatie in de wereld. Ik weet dat mensen oprecht hopen dat dingen veranderen en dat alle levende wezens bevrijd worden van lijden. Maar laten we eerlijk zijn: hebben we enig idee hoe we deze ambitie in ons eigen leven in praktijk kunnen brengen? Weten wij wel hoe onze eigen woorden en daden lijden kunnen veroorzaken? En zelfs als we zien dat we er een puinhoop van maken, weten we dan hoe we hiermee kunnen stoppen? Dit zijn altijd al belangrijke vragen geweest, maar vandaag de dag helemaal. In deze tijd omvat bevrijding van onszelf meer dan ons eigen geluk. Werken aan onszelf, waardoor wij ons bewuster worden van de werking van onze eigen geest, zou weleens de enige manier kunnen zijn die een oplossing biedt voor het welzijn van alle levende wezens en het overleven van de aarde zelf.
Enkele dagen na de aanslag op 11 september 2001, deed een verhaal de ronde dat dit dilemma goed illustreert. Een indiaan vertelde zijn kleinzoon over het geweld en de wreedheid van de wereld, en hoe deze ontstaan. Hij zei dat het voelt alsof er twee wolven in zijn hart aan het vechten zijn. De ene wolf is wraakzuchtig en boos, en de andere wolf is begripvol en vriendelijk. De jongen vroeg zijn grootvader welke wolf het gevecht in zijn hart gaat winnen. Hij antwoordde: "De wolf die ik besluit te voeden, zal winnen."
Hier ligt onze uitdaging, de uitdaging voor onze spirituele beoefening en de uitdaging voor de wereld: hoe kunnen we nu - niet straks - onszelf aanleren om de juiste wolf te voeden? Hoe kunnen we onze aangeboren intelligentie aanspreken om te zien wat hulp biedt en wat schaadt, wat agressie aanwakkert en wat onze ruimhartigheid naar boven brengt? Nu de wereldeconomie is ingestort, het milieu overal ter wereld gevaar loopt, er oorlogen woeden en het lijden toeneemt, is het aan ieder van ons om de sprong te wagen en in onze eigen leefomgeving te doen wat wij kunnen om de dingen te veranderen. Zelfs de kleinste poging die ervoor zorgt dat je de juiste wolf voedt, helpt al. Meer dan ooit gaat dit ons allemaal aan.
Wie de sprong waagt, gaat een verbintenis aan met zichzelf en met de aarde als geheel. Zo iemand zet zich in om oude rancuneuze gevoelens los te laten, om mensen, situaties en emoties die als ongemakkelijk en verontrustend ervaren worden niet langer te vermijden, zich niet vast te klampen aan zijn of haar angsten, kleingeestigheid, hardvochtigheid en aarzeling. Dit is het moment om vertrouwen in onze eigen basale goedheid en die van onze broeders en zusters op deze aarde te ontwikkelen. Het moment ook om vertrouwen te ontwikkelen in ons vermogen om oude, vastgeroeste gewoonten los te laten en wijze keuzes te maken. Dat kunnen we hier en nu doen.
Onze dagelijkse ontmoetingen kunnen ons leren om op deze manier te leven. Als we met iemand praten die we niet aardig vinden of met wie we het niet eens zijn - bijvoorbeeld een familielid of een collega - hebben we de neiging om veel energie te verspillen om onze boosheid ten aanzien van deze persoon te uiten. Toch behoren deze wrok en ik-gerichtheid, hoe goed we ze ook kennen, niet tot onze ware natuur. Ieder van ons bezit de aangeboren mogelijkheid om oude gewoonten te doorbreken. We weten allemaal hoe helend het is om vriendelijk te zijn, hoe transformerend het is om lief te hebben, en wat een opluchting het is wanneer we oude, rancuneuze gevoelens loslaten. Door een kleine verandering in onze manier van kijken, kunnen we beseffen dat de ander om dezelfde redenen als wij uitvalt en gemeen is. Met een beetje gevoel voor humor realiseren we ons dat wij mensen op dezelfde manier tot wanhoop drijven als onze zusters en broeders, partners, kinderen en collega's dat bij ons doen.
De eerste stap in dit leerproces is: eerlijk zijn tegenover jezelf. De meesten van ons zijn zo goed geworden in het versterken van onze negatieve gevoelens en het volharden in ons gelijk, dat de boze wolf steeds meer is gaan stralen en schitteren. Terwijl de andere wolf met smekende ogen staat toe te kijken. Maar we zitten niet vast aan deze manier van zijn. Zodra we wrok en sterke emoties op voelen komen, kunnen we herkennen dat we deze zelf opbouwen en beseffen dat we er hier en nu bewust voor kunnen kiezen of ofwel agressief te zijn of af te koelen. Uiteindelijk is het onze eigen keuze: welke wolf willen we voeden?
Vanzelfsprekend hebben we enkele aanwijzingen nodig wanneer we deze aanpak in praktijk willen brengen. We zullen bepaalde oefeningen moeten doen die ons helpen dit pad van juiste keuzes te volgen. Dit pad onthult drie menselijke kwaliteiten. Drie fundamentele kwaliteiten die er altijd zijn geweest, maar die waarschijnlijk diep weggestopt en bijna vergeten zijn. Deze kwaliteiten zijn: aangeboren intelligentie, aangeboren ruimhartigheid en aangeboren openheid. Als ik zeg dat goedheid in potentie in iedereen aanwezig is, bedoel ik daarmee dat iedereen, waar dan ook ter wereld, deze kwaliteiten in zich heeft en hier een beroep op kan doen om zichzelf en anderen te helpen.
Aangeboren intelligentie is altijd toegankelijk. Als we niet verstrikt raken in hoop en angst, weten we intuïtief wat juist is. Als we onze intelligentie niet verduisteren met woede, zelfmedelijden of begeerte, weten we wat hulp biedt en wat de dingen alleen maar erger maakt. Onze goed geperfectioneerde emotionele reacties zorgen ervoor dat we vaak onzinnige dingen zeggen en doen. We verlangen naar geluk en vrede, maar zodra onze emoties opspelen, maakt de manier waarop wij naar geluk zoeken ons alleen maar ongelukkiger. Onze verlangens en handelingen komen heel vaak niet met elkaar overeen. Desalniettemin is de fundamentele intelligentie waarmee we onze problemen kunnen oplossen in plaats van ze te vergroten, altijd binnen handbereik.
Aangeboren ruimhartigheid is ieders vermogen om lief te hebben, invoelend te zijn en met gevoel voor humor te reageren. Het is ook het vermogen om dankbaar, waarderend en zorgzaam te zijn. Dit hele scala wordt vaak de 'kwaliteiten van het hart' genoemd, kwaliteiten die van nature bij de mens horen. Aangeboren ruimhartigheid heeft het vermogen om alle relaties te helen. Zowel de relatie met onszelf als met andere mensen, dieren en iedereen die we in het dagelijks leven tegenkomen. De derde kwaliteit van fundamentele goedheid is aangeboren openheid; de oneindige ruimte van onze geest die is als de hemel. Onze geest is dus oneindig uitgestrekt, flexibel en leergierig, voorbij vooringenomenheid. Dit is de toestand van de geest voordat we deze versmallen in een op angst gebaseerd perspectief, waarin de ander ofwel een vijand of vriend is, een bedreiging of bondgenoot, iemand die je graag mag, niet mag, of negeert. Maar oorspronkelijk is de geest die jij en ik hebben, open en onbegrensd.
We kunnen ieder moment contact maken met deze openheid. Nu bijvoorbeeld. Stop gewoon drie seconden met lezen en word stil.
Als het je is gelukt om jezelf op deze manier even te onderbreken, heb je misschien een moment zonder gedachten ervaren.
Een andere manier om je bewust te worden van deze aangeboren openheid en deze ook te leren waarderen, is door te denken aan een moment waarop je kwaad was. Een moment waarop iemand iets zei of deed wat jou niet aanstond, waarop je iemand met gelijke munt terug wilde betalen of je gevoelens wilde afreageren. Wat zou er gebeurd zijn als je dit had kunnen stoppen, diep adem had gehaald en het verloop van de gebeurtenissen hierdoor had vertraagd? Op dat moment en op die plaats had je je kunnen verbinden met aangeboren openheid. Je had jezelf kunnen stoppen, ruimte kunnen maken en de wolf van geduld en moed kunnen voeden in plaats van de wolf van agressie en geweld. Op het moment dat we dit proces onderbreken en tot rust komen, brengt onze aangeboren intelligentie vaak redding. We hebben tijd om één en ander te overwegen: waarom wil ik dat telefoontje plegen en lelijke dingen zeggen? Of, wanneer dit speelt, waarom wil ik drinken, roken of drugs nemen?
We kunnen niet ontkennen dat we deze dingen doen als we verhit zijn omdat we menen dat ze ons op een bepaalde manier verlichten, een bepaalde vorm van bevrediging schenken, een oplossing brengen of troost bieden. We denken dat we ons er uiteindelijk beter door zullen voelen.