Het gros van de mensen is onnadenkend; meestal zijn ze er niet echt helemaal bij. Hun geest is verstrikt in zorgen, in angsten, in woede en gevoelens van spijt, en ze zijn niet aandachtig aanwezig. Die staat van zijn wordt 'onnadenkendheid' of 'vergetelheid' genoemd - je bent er, maar je bent er niet bij. Je zit gevangen in het verleden of de toekomst. Je bent niet in het huidige moment, één en al leven. Dat is onnadenkendheid.

Het tegengestelde van onnadenkendheid is mindfulness - aandachtig aanwezig zijn. Er is mindfulness wanneer je bewust gewaar bent en je lichaam en geest één zijn. Je ademt aandachtig in en uit, je brengt je geest terug naar je lichaam en je bent daar. Wanneer je lichaam en geest samenvallen, heb je je plaats in het huidige moment ingenomen. In de onmiddellijkheid van het moment kun je de vele voorwaarden van geluk herkennen die in je en om je heen zijn. En geluk is dan heel spontaan daar.