De aarde is er al oneindig lange tijd. Ze is een moeder voor ieder van ons. Ze weet alles. De Boeddha vroeg de aarde zijn getuige te zijn door haar met zijn hand aan te raken toen hij kort voor zijn ontwaken in twijfel en angst verkeerde. Hij zag in de aarde een wonderschone moeder. In haar armen droeg ze bloemen en vruchten, vogels en vlinders en allerhande vogels en schonk die aan de Boeddha. Op slag waren de twijfels en angsten van de Boeddha verdwenen.

Probeer je telkens wanneer je je ongelukkig voelt tot de aarde te wenden en vraag haar om hulp. Raak haar diepgaand aan, zoals de Boeddha dit deed. Plotseling gaan je ogen open voor de aarde met al haar bloemen en vruchten, bomen en vogels, dieren en al de levende wezens die zij heeft voortgebracht. Ze reikt jou al deze dingen aan.